Jarig zonder feest.
Al een jaar lang heb ik geen verjaardagsfeestje meer bij kunnen wonen. En natuurlijk ben ik niet de enige. De pandemie laat geen groepsvorming, en dus ook geenfeestjes toe. ‘Nog even volhouden’, zeggen we dan maar weer. Het vieren van een verjaardag kun je best een keertje overslaan. Het herdenken van een kroonjaar ligt iets genuanceerder. Je ziet maar één keer Abraham of Sara.
Op gepaste wijze stilstaan bij het vijftigjarig bestaan van ‘onze ijsbaan’ en een toast uitbrengen op nog vele mooie schaatsjaren, liet Corona niet toe. Dat is jammer, omdat dit een moment zou moeten zijn om terug te kijken op vijftig mooie, maar financieel soms moeizame jaren. En natuurlijk vooruitblikken tot het eeuwfeest. Misschien moet het dan op deze wijze.
Op 24 oktober 1970 opende prins Claus de overdekte baan van Stichting Utrechtse IJsbaan en een dag later ging de 400 meter buitenbaan open. De realisatie werd mogelijk, mede dankzij de opbrengsten van een collecte onder de Utrechtse bevolking en giften vanuit het bedrijfsleven. Door jarenlange subsidies van gemeente en provincie kon de ijsbaan draaiende gehouden worden. Over de financiële zorgen van de ijsbaan zijn jaarlijks vele krantenpagina’s gevuld.
Begin tachtiger jaren werd er een sporthal met tennis, squash en bowlingbanen gerealiseerd en op de binnenovaal van de buitenbaan werden 8 tennisbanen aangelegd. In de overdekte hal werden grote evenementen, zoals basketbaltoernooien, Holliday on Ice, WK stijldansen, popconcerten en vele festivals georganiseerd. En dit allemaal om de financiële eindjes aan elkaar te knopen en nieuwe investeringen te kunnen doen. In 1997 werd de buitenbaan half overdekt en bood de baan het nodige comfort voor de inmiddels verwende kunstijsschaatsers.
Ondanks alle investeringen gericht op exploitatie mogelijkheden, kwam Stichting de Vechtse banen in 2009 in surseance van betaling. In 2010 werd het complex verkocht aan Nedstede, een Amsterdamse vastgoedinvesteerder. Als bruidsschat kreeg Nedstede tot 2001 een jaarlijks subsidiebedrag van € 200.000 van de gemeente Utrecht mee.
Naast de duizenden recreatieschaatsers, die de Vechtse banen jaarlijks bezoeken, zijn er ook negentien schaatsverenigingen met totaal ca. 4000 leden die wekelijks hun rondjes maken.
En niet te vergeten de shorttrackers, kunstrijders, ijshockeyers en curling beoefenaars op de binnenbaan. Het aantal leden van deze takken van sport zijn overigens bescheiden. Zo heeft de IJshockeyclub Utrecht 140 leden en de Curlingclub 30 leden. Ik noem deze aantallen omdat ze de komende tijd een belangrijke rol zullen spelen bij de politieke discussie in de gemeente Utrecht over de toekomst van de baan. Hierbij speelt het energieverbruik in relatie tot de exploitatiekosten en niet te vergeten de klimaatdiscussie een belangrijke rol.
Door de jaarlijks terugkerende financiële troubles zou ik bijna de sportieve aspecten van de baan vergeten. De 34,68 seconde, die Erben Wennemars hier op de 500 meter reed, is minder dan een seconde langzamer dan zijn persoonlijk record, gereden als wereldkampioen in Salt Lake City.
Hoezo slecht ijs? Sinds het oprichtingsjaar van SVW hebben de leden ongeveer 1 miljoen kilometer op de Vechtse banen afgelegd. De rekenaars onder ons zullen uitkomen op ruim ¾ levensjaar.
Terwijl ik het glas hef op de jarige, wens ik ons allen in de komende jaren nog vele kilometers op het kunstijs in Utrecht toe.
En als ik dan mijn rondjes op de ijsbaan draai hoor ik regelmatig……….. hoger op !
Rolf Stoop.